Mensen die me pas kort kennen, kunnen
het zich niet voorstellen dat ik afgelopen september pas voor het eerst in mijn
leven naar een festival ben geweest. De instelling dat ik zelden nee zeg en het
liefst overal mee naar toe ga of het zelf initieer, is nog niet zo lang, maar
het doet me altijd erg goed als mensen niet beter weten.
Een voorzichtig begin van die verandering was naar IntoThe Great Wide Open (ITGWO) op Vlieland gaan. Voor velen no big deal, maar voor
mij best nieuw!
Het was prachtig weer en een heerlijk
festivalletje met een fijne sfeer. En ik heb er dan ook van genoten met volle
teugen. Ik wist ook voordat ik heen ging dat er een art-trail zou zijn; Een route
langs werk van kunstenaars, zowel overdag als ‘s nachts. Daar zaten behoorlijk mooie dingen
tussen van kunstenaars die door Cultuur-Ondernemen waren geselecteerd. En
logischerwijs wilde ik het jaar daarop daar dan ook aan mee doen.
De opdrachtomschrijving voor dit jaar was ‘het
onzichtbare zichtbaar maken’ waarbij interactie met het publiek belangrijk was
evenals een directe relatie van het kunstwerk met de omgeving.
Ik vond voldoende inspiratie over het eiland,
maar het vertalen naar een goed kloppend ontwerp lukte pas vlak voor de
deadline. Maar het lukte. Ik was tevreden en stuurde het ontwerp op tijd in,
net zoals de andere 156 kandidaten. Maar helaas behoorde ik niet tot de
selectie die mee mogen doen dit jaar.
Maar ook projecten die niet worden gerealiseerd
verdienen het om genoemd te worden op mijn blog. Hier mijn ontwerp:
Vlieland heeft slechts één dorp: Oost-Vlieland.
Toch heeft er vroeger ook nog een tweede dorp bestaan: West-Vlieland. Dit dorp
is echter volledig door de zee verzwolgen rond 1736 en bevind zich inmiddels 27
meter onder water.
Er zijn bijna geen afbeeldingen van
het dorp te vinden en weinig materiaal bewaard gebleven waardoor West-Vlieland
toch een beetje een mysterie blijft.
Dat Vlieland een eigen soort ‘Atlantis’ heeft wilde
ik (letterlijk) weer naar boven halen volgens het thema van de art-trail: ‘het
onzichtbare zichtbaar maken’.
Ik wilde dit doen door op basis van de informatie die
er is over het dorp, een soort skyline te creëren in zee. Er is bijvoorbeeld
bekend dat er een school, molen en armhuis heeft gestaan. Deze herkenbare
vormen zijn bij het kunstwerk in de zee te zien alsof de stad af en toe opdoemt
uit de zee.

Maar niet alleen ‘s nachts is het werk te zien. (De art-trail is 's nachts én overdag) Overdag zullen de getijden van de zee ervoor zorgen dat het kunstwerk
soms maar gedeeltelijk te zien is, alsof het wordt verzwolgen zoals dat in
het verleden ook is gebeurd.